Thema: Blowing in the wind, week 8

Wim van Heteren is leerkracht van groep 8 op basisschool De Schakel in Nieuw-Lekkerland. Hij doet verslag van het thema ‘Blowing in the wind’. Dit is zijn achtste bericht over dit thema. Wim beschrijft zijn praktijken ook op zijn eigen website. Janneke Hagenaar werkt als nascholer bij De Activiteit. Janneke reageert op de beschrijvingen van Wim.

Deze week staat in het teken van voorbereiden en perfectioneren. Aanstaande dinsdag is er presentatiemiddag en is het de bedoeling dat andere groepen en ouders helemaal op de hoogte gebracht worden van het eindresultaat. We presenteren niet alleen kennis maar ook ontwikkeling: het portfolio ligt ook ter inzage voor ouders.

Sommige leerlingen pakken zelf, bijna automatisch, onderwerpen op en sommigen moet je begeleiden. Ik was verrast dat enkele leerlingen, waar ik vaak achter aan moest zitten, nu  mooie dingen lieten zien. Dat motiveert. Twee andere leerlingen komen niet naar tevredenheid op het antwoord van hun onderzoek. De site geeft niet voldoende info. Ik adviseer hem om gewoon te bellen. Dat zien ze wel zitten maar hoe leg je uit wat je wilt? Eerst voorbereiden dus.

In een email heeft de secretaresse van de wethouder gevraagd om meer informatie. Hij wil zich graag voorbereiden en het is natuurlijk ook leuk om serieus op de vraag in te gaan. Esther maakt een document en stuurt dat naar hem op. In de groep oefenen wij al om goed met de wethouder in debat te kunnen gaan. We nemen natuurlijk geen genoegen met het antwoord “ het geld is op.” Ik verplaats me in de wethouder en daag de groep uit om tot goede argumenten te komen of hun argumenten beter te laten verwoorden.

Inmiddels ga ik me weer buigen over de derde fase: de evaluatie / reflectie. Wat verbeter ik in het volgende thema en waar ben ik tevreden over. Volgende week ga ik er ook met een aantal collega’s voor zitten. Twee weten tenslotte meer dan één. Bepaalde terminologieën zakken weer weg en het is wel noodzakelijk om weer / meer winst te behalen bij het volgende thema. We gaan ons er weer in verdiepen.

De laatste fase van een thema vind ik wel het meest lastig. Enkele leerlingen zijn al klaar, sommigen hebben nog een zetje nodig en anderen komen tijd te kort. Zij moeten mogelijk hun planning bijstellen. Het wordt dus tijd dat het thema wordt afgerond. Volgende week is de laatste week van het thema ”blowing in the wind” We maken dinsdagmorgen het lokaal in orde. In het lokaal naast mij gaat het ECO-bureau open. Mijn groep gaat dus op bezoek bij de andere groep 8.

Op mijn ambulante dag komt Henk Kooijman, directeur van De Schakel, naar me toe. Eén van de omwonenden heeft geklaagd en vindt dat er erg veel rommel van het plein de straat op waait. Normaal gesproken maak ik daar een rooster voor en dan komt iedere groep een keer aan de beurt om het plein op te ruimen. Al pratende weg komen we op het idee: we benaderen het ECO-bureau (groep 8B) per mail en vragen of zij actie willen ondernemen. De verantwoordelijkheid komt nu bij de leerlingen te liggen en niet alleen de opdracht.

Met collega Willeke Westerlaken en Jeanine Kant heb ik nog een praatje over orde en structuur. Het  team vindt dat er op een aantal aspecten meer structuur moet komen. Dat varieert van het lopen in de gang tot het verzorgen van het werk.  De commissie die dat gaat oppakken is de “commissie structuur.” Het artikel “Orde en volgorde in ontwikkelingsgericht perspectief” van Bert van Oers wordt daarin ook meegenomen.

Dit waren weer wat ervaringen van de afgelopen week. Misschien wat  versnipperd, maar dat heeft met de afronding van veel dingen te maken. Donderdagmiddag en donderdagavond heb ik de adviesgesprekken voor het Voortgezet Onderwijs gevoerd. Een boeiend gebeuren. Ik hoop dat er ook op het VO een denkslag komt om Ontwikkelingsgericht te gaan werken.

Ha Wim,

Jullie gaan afronden  en alles op orde brengen voor de eindpresentatie, helaas, ik ben er niet, maar ik zal aan jullie denken, gaat vast helpen hè.

De stand van zaken op maken is eigenlijk met elkaar weer eens goed kijken hoe het allemaal begon met jullie thema. Ik denk dat jij hoofdstuk 1 van ”Evalueren met kinderen” erbij zult pakken om voor jezelf te kijken welke stappen je gaat maken voor jezelf (met je collega’s) en welke met de kinderen. Hoe helderder fase 0 was hoe beter in deze eindfase de terugblik lukt. Zo kom je direct op nieuwe input voor je volgende thema, handelingsgericht dus. Kun je ook iets zeggen over de binnenste cirkel (het observatiemodel) dat we nu hebben verkend?

Fase 4. Notatie en registratie van onderwijservaringen en van aandachtspunten voor het volgende thema

  • Verder invullen van het activiteitenboek m.b.v. het logboek (verantwoording en overzicht van: wat heb ik gedaan, welke inhouden zijn aan bod gekomen, welke doelen gerealiseerd).
  • Ontwikkelingsgegevens per kind noteren (kinderdagboek of anders)
  • Voornemens voor het volgende thema noteren:
    Meer letten op … (brede bedoelingen)
    Meer aandacht voor … (anderen kennisdomeinen)
    m.b.t. Activiteitenkeuze, productkeuze
    Eigen rol van de leerkracht
    Aanpassingen m.b.t. inrichting werklokaal

Ik ben erg benieuwd hoe het gesprek met de wethouder afloopt. Komt hij voor of na de eindpresentatie? Hoe zou hij het ervaren om tegenover een goed voorbereid kindergezelschap te staan. Wat zou hij er aan hebben in zijn werk, je zou het hem eigenlijk moeten vragen.

Ik hoor weer van jullie!
Janneke

Tags: , , , , ,